Ik stelde het me helemaal voor, wat Kremlinoloog Pieter Waterdrinker bedacht in zijn recente verhaal in Vrij Nederland: hoe Vladimir Poetin rondom zijn 33ste in Dresden voor het eerst van zijn leven een banaan kan hebben geproefd. Waterdrinker beschrijft hoe die ervaring kan hebben bijgedragen aan zijn onverzettelijkheid. Waterdrinker kwam op zijn theorie toen hij een wandeling maakte door het buurtje in Sint-Petersburg – voorheen Leningrad – waar Poetin in een betrekkelijk arm gezin ter wereld kwam. Hij groeide op tussen de demonen van de Tweede Wereldoorlog, die volop rondspookten in de geblakerde puinhopen die over waren van de stad. Het verschrikkelijke beleg van Leningrad duurde tot januari 1944; Poetin is van 1952. Meer dan een miljoen inwoners van Leningrad bezweken in de strijd tegen het fascistische Duitsland door geweld en honger. Ook de Poetins brachten grote offers. Vladimirs vader was dienstplichtige in de Sovjetmarine en raakte in 1942 zwaargewond aan boord van een onderzeeboot. Poetins oudere broer overleed tijdens het beleg aan difterie, zijn oma werd door Duitse militairen vermoord en ooms raakten aan verschillende oorlogsfronten vermist.

In de jaren tachtig, als dertiger, werkte Poetin als spion in Dresden. Hier, denkt Waterdrinker, moet hij spijkerbroeken begeerd hebben, voor het eerst een behoorlijk glas bier gedronken hebben en behalve die eerste banaan ook vernedering geproefd hebben. De DDR maakte deel uit van het Oostblok, maar de welvaart lag er aanmerkelijk hoger dan in de Sovjet-Unie. De Sovjet-Unie viel, maar de vernedering bleef. Waterdrinker vergelijkt de heersende klasse van invloedrijke Russen als de nouveau riche-leden van een chique golfclub: onvergelijkelijk veel rijker dan het oude geld (lees: het Westen) dat al lid was, maar toch met de nek aangekeken.
De frustratie zit diep. Rusland heeft Europa meerdere malen gered. Eerst was er Napoleon Bonaparte die Europa Frans wilde maken en daarna kwam Adolf Hitler. Ondanks massale verliezen en enorme verwoestingen zetten de Russen de oorlogen door en wisten ze de aanvallers zulke grote nederlagen toe te brengen, dat ze uiteindelijk definitief konden worden verslagen. Maar na de Napoleonitische oorlog ging de Hertog van Wellington met de eer strijken en tegen Hitler was het generaal Eisenhower die met de beker aan de haal ging. Amerika verloor 407.500 soldaten, die sindsdien diep respect en medeleven ten deel valt. Rusland verloor bijna 11 miljoen soldaten en van alle gesneuvelde Duitse militairen, viel 92 procent in de strijd tegen Rusland, maar de erkenning daarvoor is niet bepaald uitbundig te noemen. In Nederland worden Duitsers uitgenodigd bij onze bevrijdingsfeesten en Russen niet.

Een westerse kijk op de Russische bijdrage aan de Tweede Wereldoorlog is dat de Russische soldaten veelal beklagenswaardige dienstplichtige pubers waren, die door hun generaals de dood in werden gejaagd met Stalins order ‘Geen stap terug!’. In het Russische narratief was het de collectieve bereidheid van het Sovjetvolk om te sterven voor een groter ideaal. Russische vaderlandsliefde is Wij en Zij. ‘Wij’ is het Russische volk, dat Poetin dankbaar is voor de grootsheid waarin Rusland ondanks de miskenning herrezen is. Mensen kopen auto’s en huizen en Russen gaan massaal op vakantie in het buitenland. ‘Zij’ zijn iedereen die de heldenrol van Stalin bij de overwinning op Hitler bagatelliseren.

Belegeringen met miljoenen doden doorstaan ze zonder een krimp. In het Russische oorlogsbewustzijn ligt de nadruk op onverzettelijkheid en is er nauwelijks plaats voor pijn, ook niet van vrouwen en kinderen. Wie het beleg van Leningrad overleefde (en nu over de 70 is) ontvangt van de Russische staat nog steeds om de paar jaar een medaille voor als zuigeling getoonde heldenmoed en wordt op 9 mei geëerd als oorlogsheld. Rusland zal niet wijken. Druk van buiten smeedt Rusland en zijn inwoners vaster aaneen. We halen de bananen maar beter uit onze oren.

Over de auteur(s)

Linda Polman

Linda Polman is schrijfster en onderzoeksjournalist.