Het woord collaborator kan medewerker betekenen, in een positieve zin, maar wordt vaker begrepen als heuler met de vijand en een verrader van zijn eigen principes.

Sinds de Tweede Wereldoorlog hebben veel onderzoekers geprobeerd te achterhalen waarom de ene mens collaboreert en de andere niet. Harvard-onderzoeker Stanley Hoffmann, voormalig onderduiker, classificeerde collaborateurs als ‘vrijwillig’ en ‘onvrijwilig’. De ‘onvrijwilligen’ hadden geen keuze, die konden gewoon niet om samenwerking met de nazi’s heen. Bij de ‘vrijwilligen’ onderscheidde hij collaborateurs uit naam van een nationaal belang (want economie/cultuur moesten beschermd worden) en enthousiastelingen: mensen die geloofden dat de nazi’s het vaderland van corruptie en slapjanussen zouden bevrijden. Vaak waren dat mensen uit de top van de ambtenarij, de strijdkrachten en de zakenwereld, die vonden dat linkse regeringen hen tekort hadden gedaan.

De Amerikaanse publiciste Anne Applebaum onderzocht voor het tijdschrift The Atlantic (augustus 2020) hoe dat zit met de Republikeinse Partij en president Trump. Waarom blijven de Republikeinen hun president trouw? Hebben ze niet door dat ‘America First’ gewoon ‘Trump First’ betekent? Of collaboreren ze?

In september 2018, tijdens de begrafenis van Vietnamoorlogsheld John McCain, hoopte Applebaum even op een kentering. Trump had McCain en alle andere veteranen zwaar beledigd. Hij was alleen maar een oorlogsheld omdat hij gevangen zat, beweerde Trump: ‘I like people who weren’t captured.’ Twee voormalige presidenten en toute Republikeins Amerika waren present, maar Trumps naam viel niet één keer. De herdenkingsdienst draaide uit op een bijeenkomst van zichzelf rechtvaardigende ‘enthousiaste collaborateurs’.

In Rusland heten ze prisposoblenets, mensen die intuïtief weten wat van ze verwacht wordt en die hun gedrag daarop aanpassen. In de democratie à la Poetin moet je 24/7 oppassen wat je zegt, tegen wie en op welke toon. Doe je het fout, dan lig je eruit.

Precies zo is het voor Republikeinse partijbonzen, zegt Applebaum. Die zijn maar zo hun positie kwijt en moeten hun salaris van zes cijfers elders zien te verdienen.

Trumps belastingmaatregelen maakten de rijken rijker. Voor het ziektenkostenverzekeringssysteem dat hij afbrak is niets in de plaats gekomen. Hij moedigt xenofobie aan en schold zijn generaals uit voor ‘a bunch of dopes and babies’. Maar boekjes over Trump worden pas opengedaan als mensen er al uit liggen. Gary Cohn, ooit Trumps economisch adviseur, vertelde achteraf dat hij documenten voor Trump verstopte om te voorkomen dat hij een handelsovereenkomst met Zuid-Korea zou opzeggen. James Mattis, ooit defensieminister, bleef aan om te voorkomen dat Trump zijn bondgenootschappen aan gort zou helpen. Zei hij toen hij ontslagen was.

Intussen hielp hun aanwezigheid in het Witte Huis wel om Trumps geloofwaardigheid bij zijn achterban te versterken.

Politica Marianne Birthler, geboren in Oost-Duitsland, vertelde eens dat collaboratie in Oost-Duitsland de norm was: iedereen collaboreerde. Maar dissident zijn als al je hele familie- en kennissenkring collaboreerde, kon je je wel aanwennen – net zoals mensen zich corruptie en immoraliteit kunnen aanwennen. Stapje voor stapje kun je leren om bezwaar te maken, om níét naar de 1 mei-parade te gaan, niet mee te zingen als het partijlied klinkt en om een voorbeeld te nemen aan iemand die je bewondert. Of gewoon: om voor de verandering jezelf eens te respecteren.

Je hoeft geen held te zijn, volgens Marianne Birthler. Op een dag bevind je jezelf gewoon aan de andere kant.

Over de auteur(s)

Linda Polman

Linda Polman is schrijfster en onderzoeksjournalist.