Desinformatie en nepnieuws zijn aan de orde van de dag en mensen realiseren zich vaak niet het onderscheid. Desinformatie is feitelijk onjuiste informatie die met kwade bedoelingen wordt gedeeld. Zodra de mainstream media hieraan gaan deelnemen en bewust desinformatie verspreiden, is er sprake van nepnieuws. De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid noemt de verspreiding van desinformatie terecht een reële dreiging voor Nederland en zegt dat een brede aanpak geboden is om de vrijheid van meningsuiting, de democratie en de rechtsstaat te kunnen blijven garanderen.

De krijgsmacht, gericht op de veiligheid van de Nederlandse samenleving, wilde bijdragen aan het tegengaan van desinformatie, maar dat deed stof opwaaien in NRC. Maar is het allemaal wel zo slecht als NRC suggereert? Afgelopen november publiceerde de krant het artikel ‘Hoe Defensie de eigen bevolking in de gaten houdt’.[1] Daarin stond dat het Land Information Manoeuvre Centre (LIMC), een tijdelijk werkverband om te experimenteren in de informatieomgeving, groepen online had gevolgd die het niet eens waren met de coronamaatregelen. Met de verkregen inzichten had het LIMC scenario’s ontwikkeld hoe deze groepen de Nederlandse samenleving zouden kunnen verstoren, mogelijk zelfs ontwrichten. De scenario’s hadden een voorspellende waarde: zo liep een coronademonstratie in juli 2020 in Den Haag ernstig uit de hand.

De Tweede Kamer was na het verschijnen van het NRC-artikel zeer ontstemd over het LIMC. Het Kamerdebat spitste zich vooral toe op de schending van de privacy en het ontbreken van een verzoek tot Militaire Steunverlening in het Openbaar Belang als juridische grondslag voor het LIMC-optreden – terechte constateringen. De minister van Defensie legde alle activiteiten van het LIMC stil en gelastte een onderzoek. Het onderzoeksrapport van eind maart gaf aan dat het LIMC algemeen toegankelijke bronnen had gebruikt, maar in sommige gevallen persoonsgegevens, als bijvangst, had verwerkt.[2] Dat laatste is niet toegestaan volgens de Algemene verordening gegevensbescherming. Eind mei besprak de Tweede Kamer het rapport. De nieuwe Kamerleden kwamen met veel vragen, maar stelden de belangrijkste niet: heeft Nederland behoefte aan het soort informatie dat het LIMC vervaardigde? Is het niet juist wenselijk in een tijd waarin desinformatie een reële dreiging is, meer inzicht te krijgen in activiteiten van groeperingen die de Nederlandse samenleving willen schaden?

De kous is nog niet af, want onder deze casus schuilt een veel groter vraagstuk, waar ook de inlichtingendiensten en andere veiligheidsorganisaties mee worstelen: vrijheid versus veiligheid. Nederlanders dienen zich goed te realiseren dat vrijheid alleen kan gedijen in een veilige omgeving. Vrijheid is nu eenmaal niet gratis. Dan moet je soms wat verworvenheden opgeven. De overheid moet, indien nodig, de grenzen durven opzoeken om burgers en de samenleving te beschermen. Bij het LIMC is men met de beste bedoelingen zelfs iets verder gegaan dan de huidige regels toestaan. Het LIMC is dan wel op de vingers getikt, daarmee is de informatieomgeving nog steeds niet veiliger geworden. Het blijft een punt van zorg.

 

[1] Esther Rosenberg en Karel Berkhout, ‘Hoe Defensie de eigen bevolking in de gaten houdt’, NRC, 15 november 2021.

[2] Onderzoek naleving Algemene verordening gegevensbescherming. Experimenteeromgeving Land Information Manoeuvre Centre (LIMC) (Den Haag, Functionaris voor Gegevensbescherming Avg Defensie, 31 maart 2021).

Over de auteur(s)