De opkomst van de Islamitische Staat (IS) in Irak en Syrië, het uitroepen van het kalifaat en de reacties daarop in de regio en in Europa maken duidelijk dat religie niet los is te zien van het conflict in het Midden-Oosten. Religie is een kenmerk geworden van klaarblijkelijk onoverkomelijke verdeeldheid.[1] Religie is echter niet alleen deel van het probleem, maar kan ook deel uitmaken van een oplossing. Dit artikel onderzoekt twee zaken: in hoeverre kan religie aan een vreedzame samenleving in het Midden-Oosten bijdragen? En beschikt de westerse politiek eigenlijk over de politieke gevoeligheid om daarmee om te gaan?

Dr. Th.B.F.M. Brinkel*

Diverse documenten en ervaringen vormden de aanleiding voor dit artikel.[2] Op de eerste plaats was dat het rapport van de Adviesraad Internationale Vraagstukken ‘Nederland en de Arabische regio; Principieel en pragmatisch’.[3] Vervolgens was er een inspirerende conferentie ‘Religions and political values’, die in november 2014 aan de Lebanese American University in Jbail (Byblos) werd gehouden.[4] Dat was in Libanon, op nog geen 80 kilometer afstand van Syrië. Libanon heeft vier miljoen inwoners en herbergt meer dan een miljoen Syrische vluchtelingen. Ten slotte waren er de aanslagen in Parijs van begin januari 2015. Deze maakten eens te meer duidelijk dat het conflict in het Midden-Oosten niet meer los kan worden gezien van onze veiligheid en van het thema van dit artikel.

Vredesregeling

Als mensen in het Midden-Oosten ooit in vrede willen samenleven dan zal ook het religieuze perspectief een rol moeten spelen in een vredesregeling. De militaire interventie Operation Inherent Resolve, het luchtoffensief tegen IS boven Irak en Syrië, wordt onvoldoende geschraagd door een politieke strategie, vindt onder anderen Jean-Marie Guéhenno. Guéhenno, oud-ondersecretaris-generaal van de Verenigde Naties, is verantwoordelijk voor peacekeeping operations en is tegenwoordig voorzitter van de International Crisis Group. Militair optreden tegen IS moet worden ingebed in een breder beleid, zegt hij. Hiervoor zijn nodig: het streven naar een politieke regeling, onderhandelingen en het opbouwen van instituties die representatief zijn voor de gehele bevolking en die alle bevolkingsgroepen kunnen omarmen.[5]

Opzet artikel

Dit artikel betoogt dat westerse regeringen bereid moeten zijn na te denken over een oplossing die erkent dat er mensen zijn die vinden dat hun geloof niet alleen betekenis heeft voor hun persoonlijk leven, maar ook voor de politiek en de samenleving. De opzet van het artikel is als volgt. Eerst komt de opkomst van IS aan de orde. Daarna wordt ingegaan op het wantrouwen in het Westen ten aanzien van religie in het algemeen en de islam in het bijzonder. Vervolgens wordt de rol van religie in vredesregelingen behandeld en de kritiek vanuit de islam tegen radicale organisaties als IS. Daarop volgt een beschouwing over de (on-)mogelijkheden van een dialoog met de islam. Dit deel maakt overigens onder meer gebruik van het Projekt Weltethos van de Zwitserse theoloog Hans Küng.[6] Dat alles leidt tot een aantal noties die mogelijk in een politieke strategie voor het Midden-Oosten kunnen worden opgenomen.

De opkomst van IS

Het religieuze element in het conflict in het Midden-Oosten is aangescherpt door de snelle opkomst van de Islamitische Staat in 2014. IS is verbonden geweest met al-Qaida in Irak, de extreme kant van soennitisch verzet tegen de voormalige Iraakse minister-president Al-Maliki. Deze laatste profileerde zich als voorvechter van de belangen van de sjiitische meerderheid in Irak, hetgeen ten koste ging van de soennitische bevolkingsgroep. Na de terugtrekking van de Amerikaanse troepen uit Irak in 2011 escaleerde het onderlinge geweld. In 2013 kwamen daarbij bijna 8000 mensen om.[7] In dat geweld kwam IS op als sterkste verzetsbeweging. In 2014 werd Maliki opgevolgd door Haider al-Abadi, maar die is ook partijdig gebleken.

Kalifaat

De burgeroorlog in Syrië bood IS de mogelijkheid om zijn activiteiten vervolgens naar dat land uit te breiden. Daar is de groep inmiddels de sterkste soennitische verzetsbeweging tegen het regime van Bashir Al-Assad. Deze behoort tot de Alawitische variant van de sjiitische islam. Halverwege 2014 heeft IS in zowel Syrië als Irak grote, aaneengesloten stukken land veroverd. IS noemde zichzelf niet alleen Islamitische Staat, maar riep in juni dat jaar zelfs een kalifaat uit, met IS-leider Abu Bakr al-Bagdadi als kalief aan het roer. De titel ‘kalief’ is historisch beladen, omdat de drager ervan pretendeert de opvolger te zijn van de profeet Mohammed. Daarmee is een historisch instituut nieuw leven ingeblazen en claimt IS de leidende rol te spelen over alle moslims in de wereld.

Grondgebied

Het grondgebied van IS moet zich gaan uitstrekken over Irak, Syrië en Libanon, maar er circuleren ook plannen (en kaarten) om het hele gebied dat ooit islamitisch is geweest bij het kalifaat te betrekken: het gehele Midden-Oosten, Noord-Afrika, Spanje en Portugal, Turkije en de Balkan. De facto is er inmiddels sprake van een staat met een territoir, een krijgsmacht en vormen van openbaar bestuur en dienstverlening.[8] Dat laat ook het verschil zien met al-Qaida. Al-Qaida geeft de voorkeur aan de strijd tegen de ‘grote satan’, de Verenigde Staten, en de ‘kleine satan’, Israël. IS wil hier en nu een islamitische staat tot stand te brengen. Sindsdien voeren beide groepen een felle concurrentiestrijd op de jihadistische markt. Volgens Ould Mohammedou ligt de kracht van IS in de combinatie van deelname aan een wereldwijde jihadistische beweging enerzijds met een territoriale benadering anderzijds.[9]

Schrikbewind

In het gebied dat IS onder controle heeft wordt een radicale, salafistische vorm van islam met geweld aan de bevolking opgelegd. In de praktijk voert IS daarmee een heus schrikbewind. Een rapport van de Mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties beschuldigt IS van moord, verkrachting, seksuele slavernij en geweld, gedwongen deportaties, gedwongen verdwijningen en marteling. Volgens het VN-rapport vindt dit alles op systematische en grootschalige wijze plaats als onderdeel van een georganiseerde terreurcampagne.[10] En de terreur blijft niet beperkt tot de eigen regio. Westerse jongeren gaan naar Syrië om mee te vechten met IS en de leiding van IS roept jihadisten op om in westerse landen terreuraanvallen uit te voeren.[11] De Islamitische Staat is in korte tijd een factor van betekenis geworden. Hiervoor worden verschillende verklaringen gegeven: de achterstelling van soennieten in Irak door voormalig premier Al-Maliki, het vertrek van de Amerikaanse troepen uit Irak in 2011, of de claim van IS een soennitisch bolwerk te zijn tegen sjiitische regimes in Irak en Syrië. Het onderdrukkende bewind van Al-Assad in Syrië en de langdurige burgeroorlog aldaar kan ook een rol hebben gespeeld. Het lijkt erop dat Assad de strijd vooral richt tegen de door het Westen gesteunde oppositiegroepen en IS min of meer ongemoeid laat. Hij kan zich dan presenteren als het enige reële alternatief voor IS. IS van zijn kant lijkt zich vooral toe te leggen op consolidatie van de eigen positie in de gebieden onder zijn controle.[12] Ten slotte weet IS uitstekend gebruik te maken van de nieuwe media om zijn beleid uit te dragen en te rekruteren onder een internationaal publiek.

Westers wantrouwen

Een internationale coalitie van westerse en Arabische landen heeft in 2014 besloten met luchtaanvallen en steun aan lokale strijdgroepen en de Iraakse krijgsmacht op te treden tegen IS. Ook Nederland doet daaraan mee. Ondertussen moet ook worden nagedacht over een politieke toekomst voor de betrokken landen. Op de een of andere manier zullen de verschillende religieuze groeperingen in de regio moeten kunnen samenleven. De vraag is of en in hoeverre het Westen bereid is de factor religie in die benadering te betrekken. Het optreden van IS in Syrië en Irak, maar niet minder de recente aanslagen in Parijs, voeden het wantrouwen tegen religie.

Paulo Pinheiro, voorzitter van de ‘Commission of Inquiry on the Syrian Arab Republic’, lanceert tijdens een persconferentie in Genève een VN-rapport over het leven van Syriërs onder de terreur van IS. Het rapport van de mensenrechtencommissie beschuldigt IS onder meer van moord, verkrachting en seksuele slavernij (november 2014). Foto VN, P. Wallsten

‘Religie doet meer kwaad dan goed’

Wat Nederland betreft is een recent onderzoek in opdracht van het dagblad Trouw tekenend. Volgens dat onderzoek vindt een meerderheid van de Nederlandse bevolking (63 procent) dat religie meer kwaad dan goed teweegbrengt.[13] Wat in het onderzoek niet blijkt is of met ‘religie’ alleen de islam bedoeld wordt of alle religieuze stromingen. Duidelijk is wel dat er behoorlijk wantrouwen bestaat. Daarbij lijkt er onder de publieke opinie steun te zijn voor de reactie van Salman Rushdie op de aanslagen in Parijs van begin januari, waarin hij religie kwalificeerde als ‘a mediaeval form of unreason’.[14] Na de aanslagen op Charlie Hebdo in Parijs leek er in de westerse reacties vooral sprake te zijn van een confrontatie tussen een politieke, gewelddadige islam enerzijds en het seculiere Westen met zijn schijnbaar ongebreidelde vrijheidsrechten aan de andere kant. Voor veel westerlingen is de relatie tussen religie en politiek problematisch en verdraagt religie zich slecht met vrijheid en democratie. Daaronder schuilt de vrees dat gelovige mensen niet openstaan voor het sluiten van compromissen, dat zij de neiging hebben in absolute termen te denken en dat zij gelijkhebberig zijn en soms zelfs gewelddadig. Ook de Adviesraad Internationale Vraagstukken lijkt het in zijn rapport over het Midden-Oosten lastig te vinden om met religieus geïnspireerde bewegingen om te gaan. Daar valt geen compromis mee te sluiten, omdat het volgens de Adviesraad  zou gaan om verdedigers van absolute waardensystemen.[15] Er zijn inderdaad nogal wat voorbeelden van wrede, langdurige en schijnbaar onoplosbare conflicten waarbij religie een rol speelt; als een bron van inspiratie, als factor om stemmen mee te winnen en als een rechtvaardiging voor het gebruik van geweld.

Dilemma

Dergelijke overwegingen spelen een rol bij het bepalen van een opstelling jegens de verschillende politieke omstandigheden die zich nu in de Arabische landen voordoen. Volgens Guéhenno zijn de problemen ontstaan omdat de landen proberen de dictatuur definitief achter zich te laten. Het gaat sindsdien om de vraag of het mogelijk is een consensus op te bouwen die een land bij elkaar houdt. Waar dat niet lukt, breekt geweld uit. Vandaar ook dat buitenlandse mogendheden het volgens hem zo moeilijk hebben hun beleid te bepalen.[16] Willen we een democratie waar een radicale islam de overhand heeft? Of hebben we liever een dictatuur die jihadisten onder de duim houdt? De Adviesraad schrijft in zijn rapport: ‘In principe verdienen liberaal georiënteerde democratische bewegingen steun, binnen het kader van de mogelijkheden, waarbij het verbeteren van de levensomstandigheden van de betrokken bevolkingsgroepen centraal dient te staan’.[17] Zo’n standpunt roept vragen op. Verdienen ‘niet-liberaal georiënteerde democratische bewegingen’ dan geen steun? En wat voor opstelling is gewenst, wanneer, zoals de Adviesraad opmerkt, groepen via vrije verkiezingen aan de macht komen en vervolgens de kernwaarden van de democratie met voeten treden, de scheiding van politiek en geloof afwijzen en de sharia willen invoeren?[18]

IJkpunten

Moeten westerlingen dan bereid zijn een dictatuur te accepteren om de seculiere staat overeind te houden? De Adviesraad gaat hier, naar eigen zeggen, pragmatisch mee om: er kan alleen sprake zijn van tijdelijke aanvaarding van een ‘militaire interventie in het politiek proces’. Respect voor de meest fundamentele rechten van de mens (geen martelingen, geen politieke of religieuze vervolging, geen standrechtelijke executies, eerlijke processen), een beleid gericht op economische groei en verdeling van de welvaart, bestrijding van corruptie en het vooruitzicht van een geleidelijke vermindering van de rol van het leger, moeten dan ijkpunten zijn.[19] Een ‘nette staatsgreep’ dus. Aanvaarding kan alleen maar tijdelijk zijn, voegt de Adviesraad eraan toe: ‘Stabiliteit is een voorwaarde voor staatsvorming en opbouw van rechtsstatelijkheid, maar is op de lange termijn niet houdbaar indien zij moet worden afgedwongen door politieke onderdrukking’.[20] Autoritaire heersers lossen problemen niet op, aldus Guéhenno, maar stoppen ze in de ijskast, waaruit ze later weer in alle hevigheid tevoorschijn komen. Ze onderdrukken immers oppositie, hebben geen oog voor wat de bevolking beweegt en treffen geen regelingen voor hun opvolging.[21] Onderdrukking speelt radicale extreme bewegingen weer in de kaart en maakt de kans op latere succesvolle democratisering weer stukken kleiner.

Aantrekkelijke optie

De realiteit is dat de politieke islam (oftewel islamisme[22]) in veel landen een aantrekkelijke optie is. Dat heeft in algemene zin te maken met het verschijnsel dat mensen in tijden van onzekerheid steun vinden bij hun geloof en dat ook in hun stem tot uitdrukking laten komen. Daarnaast zijn de van oorsprong niet-religieuze, nationalistische regimes in het Midden-Oosten, zoals die van Moammar Khadafi, Saddam Hoessein en Hosni Mubarak nooit een toonbeeld van democratie, integriteit en economische vooruitgang geweest. De politieke islam, zoals de Moslim Broederschap, heeft daartegenover niet alleen politieke aspiraties maar is ook actief in het maatschappelijk middenveld. Waar de staat het liet afweten, organiseren zij voorzieningen als ziekenzorg, sociale ondersteuning, onderwijs en vorming, rechtshulp en adviezen over goed samenleven op basis van de Sharia en de Fiqh.[23] Dat hoeft er voor een westerling niet aantrekkelijk uit te zien, voor veel betrokkenen in het Midden-Oosten is het dat wel. Wat doe je met je pleidooi voor vrijheid en democratie als mensen van die vrijheid gebruik willen maken om via die democratie aan religieus geïnspireerde waarden in de politiek vorm te geven? Zoals met een verbod op het in het openbaar drinken van alcohol, met het terugdringen van porno, met het steunen van islamitisch onderwijs? De vraag voor een westerling is of je ook democraat bent als de verkiezingsuitslag tegenvalt. Veel gelovige mensen, in het Midden-Oosten in ieder geval maar ook in de Verenigde Staten en zelfs in het seculiere Nederland, zijn er namelijk zelf ervan overtuigd dat hun geloof ook politieke betekenis heeft.

Religie betrekken in vredesregelingen

De vraag is of er in het westerse – meer specifiek het Nederlandse – beleid ruimte bestaat om te proberen ondanks alle chaos en onzekerheid te blijven zoeken naar aanknopingspunten, naar mogelijkheden van dialoog op basis van gemeenschappelijke waarden en belangen, ook waar dat religieus ingegeven noties betreft. Ja, zegt de Adviesraad Internationale Vraagstukken. En de Raad stelt vast dat er binnen de islam sprake is van een richtingenstrijd tussen degenen die binnen het politieke bestel aan radicale islam vorm willen geven (zoals de Moslim Broederschap) en de ultraorthodoxe salafisten die niets zien in democratie.[24] Maar misschien is het zinvol in dit stadium van het betoog eens een optimist aan het woord te laten. Fawaz Gerges meent dat er wel degelijk sprake is van een meer pragmatische opstelling onder de islamistische partijen. Er is volgens hem een toenemende generatie van academici die is opgegroeid in jaren van onderdrukking en bereid is eerder te zoeken naar accommodatie dan naar confrontatie. Deze generatie is voorstander van een relatief open samenleving en een representatieve regering.[25]

Zegeningen van de Arabische Lente

Het kan ook geen kwaad om van de Arabische Lente, die in december 2010 begon, de zegeningen te tellen. Zo is er in Tunesië een functionerende democratie tot stand gekomen. In Jordanië en Marokko vonden constitutionele hervormingen plaats. En ondanks mislukkingen elders is er volgens Maarten Rothman iets fundamentelers gebeurd. Leken vóór 2010 democratische omwentelingen in de wereld aan de Arabische wereld voorbij te gaan, sinds de Arabische Lente is dat veranderd.[26] Er zijn dan ook islamistische groeperingen die wel probeerden de democratische weg te bewandelen.[27] Die hebben fouten gemaakt en zijn her en der ook mislukt. Maar dat wil niet zeggen dat het Westen in plaats daarvan de voorkeur moet geven aan autoritaire regimes, of aan geforceerde uitsluiting van religieus geïnspireerde bewegingen aan het democratische proces. Niet alleen druist dat in tegen fundamentele opvattingen in de betrokken regio zelf, dat doet ook geen recht aan vrijheid en democratie.

Kritiek vanuit de islam

Vanuit de islam zelf is kritiek op gang gekomen op radicale islamistische organisaties als IS. Dat blijkt uit de open brief van september 2014 van meer dan 100 moslimgeleerden, waarin zij de beginselen en praktijken van IS veroordelen. De belangrijkste conclusie van de brief, gericht aan Al-Baghdadi, de zogeheten kalief, luidt: ‘Islam is mercy and its attributes are merciful. […] But […] you have misinterpreted Islam into a religion of harshness, brutality, torture and murder. As elucidated, this is a great wrong and an offence to Islam, to Muslims and to the entire world’.[28] Er is discussie over de vraag hoe islamitisch IS eigenlijk is. Mouin Rabbani gaat in op de claim van IS een vorm van islam te praktiseren zoals deze in de beginperiode van die godsdienst moet hebben bestaan, inclusief het instituut kalifaat. Moslims van het eerste uur zouden dat nu als een ‘monumental parody’ beschouwen, aldus Rabbani: IS keert niet terug naar de oorsprong, maar projecteert hedendaagse agenda’s veeleer op zijn eigen versie van het verleden.[29]

Abdul Jabbar al-Rifai, hoogleraar islamitische filosofie in Bagdad, verklaart dat IS, vanwege zijn streven om terug te keren naar de praktijk van de vroege islam, teksten van Hadith en Ficq (respectievelijk overleveringen van het leven van de profeet Mohammed en islamitische jurisprudentie) gebruikt die geen actuele betekenis meer hebben. IS hanteert daarmee volgens Al-Rifaj ‘…a misshapen interpretation of religious texts and a distorted view of piousness whereby religion was stripped of its original substance […]. This led to the spread of a piousness that is devoid of any spiritual or moral life, faith and ensuing good deeds, and obsessed with grabbing political power using any legitimate or illegitimate means’.[30] Tijdens de eerder genoemde conferentie in Libanon bracht een aantal islamitische sprekers naar voren dat het brute optreden van IS niet zonder gevolgen kan zijn voor de wijze waarop moslims naar hun eigen godsdienst kijken. Taib Tizini, hoogleraar filosofie aan Damascus University, verwijst naar Immanuël Kant en diens onderscheid tussen het absolute en het relatieve. In het christendom en in de islam zijn we volgens Tizini geneigd onze ideeën te relateren aan het absolute. Maar het absolute is ongrijpbaar en daarom moeten we het op aarde doen met het relatieve. Dat geldt voor alle religies. IS wil echter het absolute direct in de wereld toepassen en dat leidt onvermijdelijk tot extreme vormen van geweld en destructie. Tizini haalt verschillende uitspraken van de profeet Mohammed aan waarin deze moslims opriep om iedere eeuw de islam opnieuw op te bouwen en na te gaan wat zij moeten doen om de geschiedenis humaner te maken.[31] Volgens Ruthven beschouwen bijna alle moslims de koran als het eeuwige woord van God waar geen menselijk ingrijpen aan te pas is gekomen.[32] Daar kunnen twee nuanceringen bij worden aangebracht. Op de eerste plaats is er verschil mogelijk in de interpretatie van heilige teksten. Zo merkt Al-Rifaj op dat de koran zelf natuurlijk niet spreekt. Het boek heeft het denken en de stem van mensen nodig om begrepen en gehoord te worden. Dat moet volgens hem politieke gevolgen hebben: de bescherming van de vrijheid van geweten en van interpretatie, de bescherming van andersdenkenden en van minderheden. Wat nodig is, volgens hem, is de kritische benadering van mensen om de heilige teksten te bevragen met wat ons in deze tijd bezighoudt.[33]

Meningsverschillen

Op de tweede plaats moeten binnen de islam meningsverschillen en debat mogelijk zijn. Als kritisch en vrij onderzoek onmogelijk is, zegt Wajih Kanso van de Universiteit van Libanon, zijn dergelijke debatten steriel en kunnen ze politiek worden misbruikt. Kanso brengt naar voren dat het lezen van een tekst nooit een exclusieve bilaterale aangelegenheid tussen tekst en lezer is. Het is altijd binnen een bepaalde historische, politieke, context dat de tekst wordt gelezen en geïnterpreteerd. Daardoor staan ‘heilige teksten’ altijd open voor meervoudige interpretaties.[34] Dit vindt ook sjeik Muhammad Abu Zayd, voorzitter van de Saida Soenni Religieuze Rechtbank in Libanon, de hoogste religieuze autoriteit in de soennitische gemeenschap van Libanon. Hij legt uit hoe twee islamitische leiders, Marwan Hadid en Jawdad Said, verschillend reageerden op de onderdrukking in Syrië. De ene koos de weg van revolutionair geweld, de ander die van vreedzaam verzet. Beiden vonden zij hun bron van inspiratie in de koran, maar kozen verschillende wegen. Hoe kwamen ze tot die verschillen? Lag het aan de religieuze teksten zelf, die ze hebben geraadpleegd of aan de manier waarop ze de religieuze teksten lazen? Zayd kiest voor de laatste uitleg. Zijn verklaring daarvoor is dat God de mensen verschillend geschapen heeft en kennelijk wil dat mensen verschillend zijn.[35] Zayd: ‘Difference is part of creation. To be different is a manifestation of the greatness of God’.[36]

Dialoog

Op basis van dergelijke opvattingen is een dialoog te voeren. Van de kant van het Westen is het zinvol te aanvaarden dat voor veel mensen politieke overtuiging en maatschappelijke inzet geïnspireerd worden door hun geloof, net zo goed als dat bij anderen gebeurt onder invloed van nationalisme, solidariteit met de arbeidersklasse, seculier liberalisme, en zo meer.

Mensenrechten zijn universeel

Vredesregelingen en vormen van nationbuilding zullen op een of andere manier met een dergelijke pluriformiteit rekening moeten houden, willen ze recht doen aan vrijheid en democratie. Op politiek niveau is dat op basis van gemeenschappelijke waarden en rechten, op religieus niveau is dat op basis van een ethos dat religies gemeenschappelijk hebben. Wat het politieke niveau betreft: de zegeningen van democratie en mensenrechten zijn niet alleen voor westerlingen bedoeld, vandaar de term Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. De Universele Verklaring is, zoals blijkt uit de preambule, gebaseerd op de overtuiging ‘…dat erkenning van de inherente waardigheid en van de gelijke en onvervreemdbare rechten van alle leden van de mensengemeenschap grondslag is voor de vrijheid, gerechtigheid en vrede in de wereld’. Zij is bedoeld als ‘het gemeenschappelijk door alle volkeren en alle naties te bereiken ideaal’.[37] Het zijn rechten uit de Universele Verklaring die mensen de straat op brachten: op het Maidanplein in Kiev, in Mong Kok in Hong Kong of het Tahrirplein in Caïro. Vrijheid is geen exclusief westers product. De aanslagen tegen de redactie van Charlie Hebdo en tegen de koosjere supermarkt waren dus geen aanslagen tegen westerse waarden, maar tegen waarden van de mensheid. Mensenrechten zijn een geschikte basis voor een politieke dialoog omdat ze uitstijgen over religieuze verschillen heen. Mensenrechten verdienen een plek in vredesregelingen. De Universele Verklaring kan ook doorwerken in de dialoog tussen verschillende religies. Küng heeft vanaf het begin van de jaren negentig gezocht naar de mogelijkheid van dialoog tussen de wereldgodsdiensten als een basis voor vreedzame betrekkingen. Volgens hem is er geen vrede mogelijk tussen volkeren, zonder vrede tussen religies. Dit geldt vooral voor het christendom, de islam en het jodendom. Dialoog is een langdurig proces, dat in moet gaan tegen gelijkhebberigheid, intolerantie en onderlinge competitie.[38]

Gemeenschappelijk ethos

Küng is op zoek naar een gemeenschappelijk ethos op basis van waarden die in alle religies aanwezig zijn. De kern van dat ethos zit in het begrip menselijkheid, een begrip dat onder meer is verwerkt in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en dat in alle religies aanwezig is. Menselijkheid is enerzijds voorwaarde voor echt geloof, omgekeerd kan religie niet anders dan voortbouwen op menselijkheid, aldus Küng.[39] Het proces van dialoog tussen de wereldgodsdiensten is een van de belangrijke initiatieven die erop uit zijn op mondiaal, regionaal en lokaal niveau mensen uit verschillende tradities bij elkaar te brengen. Als binnen de islam, zoals hiervoor aangestipt, de mogelijkheid erkend wordt van verschillende wegen en verschillende interpretaties van gezaghebbende teksten zijn er aanknopingspunten voor interreligieuze dialoog en modernisering. Dat werkt alleen als de dialoogpartners in het Westen daar ook open voor willen staan. Er vallen namelijk wel een paar dingen te zeggen over zogeheten boekreligies en de waarden van de democratische rechtsstaat.

Een Nederlandse F-16 wordt in de lucht bijgetankt door een Amerikaanse KC-135 Stratotanker tijdens Operation Inherent Resolve tegen IS, Irak, maart 2015. Foto US Air Force, P. Aston

Aanknopingspunten

Dat betreft op de eerste plaats de erkenning van de inherente waardigheid van de mens, zoals die ook in de Universele Verklaring genoemd wordt. Islam, christendom en jodendom beschouwen de mens als een schepsel van God. Binnen die religies is daarmee een basis voorhanden voor erkenning van de vrijheid en verantwoordelijkheid die op grond daarvan aan ieder mens toekomt. Niet voor niets is het begrip van de rechten van de mens ook in en vanuit het christendom opgekomen.[40] Dat betreft op de tweede plaats de onderwerping van macht en gezag aan een hogere instantie. Het geloof dat de uiteindelijke soevereiniteit of macht niet bij mensen ligt, maar bij een ‘Schepper’ aan wie iedereen onderworpen is, is een fundamentele verwerping van absoluut gezag in mensenhanden. Tegenover de schepper is iedereen gelijk. In alle boekreligies komt dit voor. Je kunt, kortom, vanuit je geloof als christen, jood of moslim uitstekend democraat zijn en aanhangers van andere religies en overtuigingen respecteren. Dat laatste verdraagt zich niet met het idee dat staat en religie zouden moeten samenvallen. We kunnen dit theocratie noemen, of religieus fundamentalisme, het gevolg is dat politieke leiders claimen te weten welk type religie ‘het enig juiste’ is. Of dat religieuze autoriteiten aanwijzingen geven aan politieke leiders. Het gevolg is onvermijdelijk dat de religieuze vrijheid van anderen wordt beperkt en dat de rechten van niet-officiële religies of van niet-gelovigen worden onderdrukt. Daarmee worden de waarden van vrijheid en democratie onderdrukt. Daar liggen de grenzen van de dialoog; dat is niet meer onderhandelbaar. De mogelijkheid valt niet uit te sluiten dat de politieke islam, als zij de kans krijgt, zich ontwikkelt zoals de christen-democratie in Europa dat gedaan heeft. Om nog een keer Fawaz Gerges aan het woord te laten: ‘Comparative literature and structural arguments from other cases, such as Indonesian and Turkish Islamists, and Christian Democrats in Europe, show a similar, not identical, journey and evolution from religious activism to political contestation’.[41]

Conclusies

Twee zaken zijn in dit artikel nader onderzocht. Ten eerste de vraag of en in hoeverre religie aan een vreedzame samenleving in het Midden-Oosten bij kan dragen, en ten tweede of wij in het Westen nog de politieke gevoeligheid hebben om daarmee om te gaan. Vastgesteld is dat religie, meer in het bijzonder het jodendom, het christendom en de islam, inderdaad aanknopingspunten bieden voor een vreedzame dialoog op basis van democratie en mensenrechten. Militair optreden tegen IS is nu noodzakelijk, maar voor een oplossing op de lange termijn is een dialoog onvermijdelijk, met inbegrip van de bereidheid van de betrokken partijen om de positieve elementen te zien en daarop voort te bouwen. Als mensen van diverse pluimage ooit in vrede willen samenleven, moet er nagedacht worden over al die krachten die een land en zijn bevolking bij elkaar kunnen houden. Een basis van gemeenschappelijk waarden is daar een onderdeel van. In een regio waar religie zo’n centrale rol speelt als in het Midden-Oosten moeten die waarden ook in de religie gevonden kunnen worden. Dat is belangrijk voor de dialoog: erken dat er binnen de islamitische wereld sprake is van zelfreflectie. Westerse dialoogpartners moeten inzien dat democratie en mensenrechten ook voor de islamitische wereld centrale waarden zijn. Wie roept dat het toch nooit goed zal komen of dat een dictatuur beter voor hen is, schrijft een hele categorie medemensen af. Medemensen, die ook nog eens onze buren zijn. Dat mag op korte termijn bruikbaar lijken, op de lange duur is dat geen basis voor een duurzame vrede in het Midden-Oosten. Wanneer er vrije verkiezingen worden gehouden, blijkt er in veel landen in het Midden-Oosten een sterke aanhang te bestaan voor partijen en organisaties die zich door een vorm van islam laten leiden. Waar deze zich wensen te bewegen binnen de kaders van de democratie en de mensenrechten is het verstandig om rekening te houden met de verlangens van dergelijke organisaties en te bezien of er aanknopingspunten zijn voor een dialoog. Maar de echte democraat zal ook aanvaarden dat verkiezingen kunnen worden gewonnen door mensen met een politieke visie die niet de zijne of de hare is.

Literatuur

Christian Caryl, Religion is not the enemy, Foreign Policy, January 9, 2015,  http://foreignpolicy.com/2015/01/09/religion-is-not-the-enemy-rushdie-charlie-hebdo.

Fawaz A. Gerges, The Islamist Moment: From Islamic State to Civil Islam? Political Science Quarterly 128, 2013, 3, 389-426. http://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1002/polq.12075/pdf.

Jean-Marie Guéhenno, 10 Wars to watch in 2015; From Afghanistan to Yemen, the conflicts and crises the world faces in the coming year, Foreign Policy, January 2, 2015, http://foreignpolicy.com/2015/01/02/10-wars-to-watch-in-2015.

International Conference on Religions and Political Values, 26-28 November 2014, Lebanon, Conference Report Prepared by Professor Michael Driessen, NP.

Iraq’s Jihadi Jack-in-the-Box, Middle East Briefing No. 38, International Crisis Group Ed., Beirut/Brussels 20 June 2014, http://www.crisisgroup.org/~/media/Files/Middle%20East%20North%20Africa/Iraq%20Syria%20Lebanon/Iraq/b038-iraq-s-jihadi-jack-in-the-box.pdf.

Hans Küng, Projekt Weltethos, München: Piper 2011.

Zachary Laub en Jonathan Masters, Islamic State in Iraq and Greater Syria, Council on Foreign Relations ed. June 12, 2014. http://www.cfr.org/iraq/islamic-state-iraq-syria/p14811.

Mohammad-Mahmoud Ould Mohamedou, ISIS and the Deceptive Rebooting of Al Qaeda, GCSP Policy Paper 2014/5 – August 2014, GCSP ed. , http://gcsp.ch/Regional-Development/Publications/GCSP-Publications/Policy-Papers/ISIS-and-the-Deceptive-Rebooting-of-Al-Qaeda.

Nederland en de Arabische regio; Principieel en pragmatisch, Adviesraad Internationale Vraagstukken 91, Den Haag, november 2014.

Open letter to Al-Baghdadi, http://lettertobaghdadi.com/14/english-v14.pdf.

Andrew Philips, The Islamic State’s challenge to international order, Australian Journal of International Affairs (Vol. 68, No. 5: 2014) 495-498. http://www.tandfonline.com/doi/pdf/10.1080/10357718.2014.947355.

Mouin Rabbani, The un-Islamic State, Report Norwegian Peace building Resource Centre, September 2014. http://www.peacebuilding.no/var/ezflow_site/storage/original/application/994925a7601a87b8e975f56619967fa2.pdf.

Rigged Cars and Barrel Bombs: Aleppo and the State of the Syrian War, Middle East Report No. 155, International Crisis Group Ed. Brussels 9 September 2014. http://www.crisisgroup.org/en/regions/middle-east-north-africa/syria-lebanon/syria/155-rigged-cars-and-barrel-bombs-aleppo-and-the-state-of-the-syrian-war.aspx..

Maarten Rothman, ‘Al-Tahrir versus Bin-Laden; De botsing van ideologieën in het Midden-Oosten vanaf 9/11 tot de Arabische Lente’, Frans Osinga, Sjo Soeters, Wouter van Rossum (Eds.), Nine Eleven tien jaar later (Amersfoort: Boom 2011) 235-248.

Malise Ruthven, Islam; A Very Short Introduction, Oxford/New York: Oxford University Press 2012.

Rule of Terror: Living under ISIS in Syria; Report of the Independent International Commission of Inquiry on the Syrian Arab Republic, United Nations 14 November 2014, http://www.ohchr.org/Documents/HRBodies/HRCouncil/CoISyria/HRC_CRP_ISIS_14Nov2014.pdf.

* De auteur is docent aan de Faculteit Militaire Wetenschappen van de Nederlandse Defensie Academie. Het artikel is op persoonlijke titel geschreven.

[1] Er zijn voor de terreurgroep verschillende benamingen en afkortingen in omloop: Islamitische Staat, Islamitische Staat in Irak en Syrië, Islamitische Staat in Irak en de Levant, Daesh is de Arabische afkorting, die ook in Frankrijk wordt gebruikt. Voor het gemak wordt in dit artikel de afkorting IS gehanteerd. Zie onder meer Rigged Cars and Barrel Bombs. Aleppo and the State of the Syrian War, Middle East Report No. 155, International Crisis Group Ed (Brussel, 9 september 2014). www.crisisgroup.org/en/regions/middle-east-north-africa/syria-lebanon/syria/155-rigged-cars-and-barrel-bombs-aleppo-and-the-state-of-the-syrian-war.aspx. 6.

[2] Het commentaar van Alexander Bon, Georg Frerks, Jörg Noll en Maarten Rothman op een conceptversie van dit artikel is in dankbaarheid verwerkt.

[3] Nederland en de Arabische regio. Principieel en pragmatisch, Adviesraad Internationale Vraagstukken ed. nr. 91 (Den Haag, november 2014).

[4] De conferentie werd van 26-28 november 2014 georganiseerd door de Adyan Foundation in samenwerking met de Lebanese American University, de Konrad Adenauer Stiftung, Missio, Religions for Peace en Catholic Relief Services. De conferentie stond in het teken van een sterk veranderd politiek en religieus landschap, dat werd gekenmerkt door een verslechterende oorlogssituatie in Syrië, de dreiging van IS, een ongehoord grote vluchtelingencrisis en een dieperliggend gevoel van politieke mislukking in de regio.

[5] Jean-Marie Guéhenno, ‘10 Wars to watch in 2015; From Afghanistan to Yemen, the conflicts and crises the world faces in the coming year’, in: Foreign Policy, January 2, 2015. Zie: http://foreignpolicy.com/2015/01/02/10-wars-to-watch-in-2015.

[6] Hans Küng, Projekt Weltethos (München, Piper, 2011).

[7] Zachary Laub en Jonathan Masters, Islamic State in Iraq and Greater Syria, Council on Foreign Relations ed. (June 12, 2014) http://www.cfr.org/iraq/islamic-state-iraq-syria/p14811) 1.

[8] Laub en Masters, Islamic State in Iraq and Greater Syria, 3.

[9] Mohammad-Mahmoud Ould Mohamedou, ‘ISIS and the Deceptive Rebooting of Al Qaeda’, GCSP Policy Paper (2014/5, August 2014, GCSP ed.) http://gcsp.ch/Regional-Development/Publications/GCSP-Publications/Policy-Papers/ISIS-and-the-Deceptive-Rebooting-of-Al-Qaeda) 4.

[10] ‘Rule of Terror. Living under ISIS in Syria’, Report of the Independent International Commission of Inquiry on the Syrian Arab Republic (United Nations, 14 November 2014)

www.ohchr.org/Documents/HRBodies/HRCouncil/CoISyria/HRC_CRP_ISIS_14Nov2014.pdf.

[11] The New York Times, 20 november 2014.

[12] Zie bijvoorbeeld ‘Iraq’s Jihadi Jack-in-the-Box’, Middle East Briefing No. 38, International Crisis Group Ed. (Beirut/Brussels 20 June 2014) http://www.crisisgroup.org/~/media/Files/Middle%20East%20North%20Africa/Iraq%20Syria%20Lebanon/Iraq/b038-iraq-s-jihadi-jack-in-the-box.pdf) 6.

[13] Trouw, 21 januari 2015.

[14] Het volledige citaat luidt: ‘Religion, a mediaeval form of unreason, when combined with modern weaponry becomes a real threat to our freedoms. This religious totalitarianism has caused a deadly mutation in the heart of Islam and we see the tragic consequences in Paris today. I stand with Charlie Hebdo, as we all must, to defend the art of satire, which has always been a force for liberty and against tyranny, dishonesty and stupidity. ‘Respect for religion’ has become a code phrase meaning ‘fear of religion.’ Religions, like all other ideas, deserve criticism, satire, and, yes, our fearless disrespect.’ Bron: http://www.englishpen.org/campaigns/salman-rushdie-condemns-attack-on-charlie-hebdo/.

[15] Rapport Adviesraad, 16.

[16] Guéhenno, ‘10 Wars to watch in 2015.’

[17] Rapport Adviesraad, 22.

[18] Rapport Adviesraad, 17.

[19] Rapport Adviesraad, 18.

[20] Rapport Adviesraad, 18.

[21] Guéhenno, 10 Wars to watch in 2015.

[22] Islamitisch heeft betrekking op de islam als geloof. Islamistisch heeft betrekking op de visie dat een staat volgens de regels van de islam bestuurd moet worden.

[23] Fawaz A. Gerges, ‘The Islamist Moment. From Islamic State to Civil Islam?’ in: Political Science Quarterly (Volume 128 Number 3, 2013) 390. http://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1002/polq.12075/pdf. Zie ook: Rapport Adviesraad, 16.

[24] Rapport Adviesraad, 10.

[25] Gerges, The Islamist moment, 392-393.

[26] Maarten Rothman, ‘Al-Tahrir versus Bin-Laden. De botsing van ideologieën in het Midden-Oosten vanaf 9/11 tot de Arabische Lente’, in: Frans Osinga, Sjo Soeters, Wouter van Rossum (red.), Nine Eleven tien jaar later (Amersfoort, Uitgeverij Boom, 2011) 248.

[27] Gerges, The Islamist Moment, 389.

[28] Open letter to Al-Baghdadi, http://lettertobaghdadi.com/14/english-v14.pdf.

[29] Rabbani, The un-Islamic State, 2.

[30] Abdel Jabbar al-Rifaj, What State without spiritual life and ethical values? Conferentie Religions and political values.

[31] Tayyib Tizini, Does the unification of the world go through ISIS? Conferentie Religions and political values.

[32] Malise Ruthven, Islam. A Very Short Introduction (Oxford/New York, Oxford University Press, 2012) 9.

[33] Al-Rifai, Conferentie Religions and political values.

[34] Wajih Kanso, Role of politics in the formation of political values, Conferentie Religions and political values.

[35] Sheikh Muhammad Abu Zayd, Religion and power in the Syrian context. The example of Marwan Hadid and Jawdat Said, Conferentie Religions and political values.

[36] Sheikh Zayd, Conferentie Religions and political values.

[37] Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, in: www.amnesty.nl/mensenrechten/encyclopedie/universele-verklaring-de-rechten-de-mens-uvrm-volledige-tekst.

[38] Küng, Projekt Weltethos, 163.

[39] Küng, Projekt Weltethos, 120-121.

[40] En in het specifieke geval van Thomas Jefferson vanuit deïstische noties die hem brachten tot de verklaring dat mensen door hun Schepper zijn begiftigd met bepaalde onvervreemdbare rechten.

[41] Gerges, The Islamist Moment, 396.

Over de auteur(s)

Prof. dr. T..B.F.M. Brinkel

Theo Brinkel is bijzonder hoogleraar op het gebied van militair-maatschappelijke studies aan de Universiteit Leiden en hoofd fundamentele voorlichting en universitair docent internationale veiligheidsstudes aan de Nederlandse Defensie Academie.